INTERIORIZE

Is het proces waarbij een ruimte, omgeving of ervaring wordt omgevormd tot een interieur — zowel fysiek als mentaal. Het betekent letterlijk “naar binnen brengen” of “een binnenruimte creëren” en verwijst naar de manier waarop de mens de omgeving toe-eigent, ordent en betekenis geeft zodat ze bewoonbaar, herkenbaar en persoonlijk wordt.
TOPOANALYSE (Bachelard)

In het artikel “Gaston Bachelard’s Topoanalysis in the 21st Century” onderzoekt David Seamon de blijvende relevantie van Gaston Bachelards fenomenologische benadering van het huis en het wonen. Bachelards begrip van topoanalyse, gedefinieerd als “de systematische psychologische studie van de plaatsen van ons intieme leven”, vormt het uitgangspunt voor Seamons analyse. Aan de hand van twee literaire werken van de Amerikaanse schrijver Louis Bromfield – het kortverhaal The Hands of God (1939) en de roman Mr. Smith (1951) – onderzoekt hij de wederkerige relatie tussen huis en bewoner, waarin beide elkaar vormgeven, ondersteunen of ondermijnen.

Seamon verbindt deze literaire analyses met een bredere fenomenologische reflectie over wonen. Hij stelt dat bewoning een geleefde totaliteit vormt waarin materiële, emotionele en sociale dimensies samenkomen. Het huis is niet enkel een fysieke structuur, maar een dialectische ruimte tussen binnen en buiten, tussen intimiteit en openheid naar de wereld. Deze spanning kan leiden tot zowel sustaining situaties, waarin het huis geborgenheid, rust en verbondenheid biedt, als tot undermining situaties, waarin het vervreemding, isolatie of angst veroorzaakt. Seamon pleit er daarom voor om Bachelards topoanalyse in de eenentwintigste eeuw uit te breiden met aandacht voor de ambiguïteit van hedendaags wonen: huizen zijn tegelijk plaatsen van veiligheid en kwetsbaarheid, van continuïteit en verandering. In die zin vormt de woning nog steeds een poëtische, maar ook kritische spiegel van de menselijke existentie.
LIMINALITEIT

Is de toestand van “tussenin zijn” — een drempelmoment waarin grenzen vervagen en verandering mogelijk wordt.
Ze duidt zowel op fysieke overgangsruimtes als op psychologische of existentiële momenten waarin het oude nog niet voorbij is en het nieuwe nog niet volledig begonnen.

In ruimtelijke disciplines zoals architectuur en interieurarchitectuur verwijst liminaliteit naar ruimtes van overgang: gangen, trappen, inkomhallen, patio’s of veranda’s — plekken die noch volledig binnen noch volledig buiten zijn.
Deze ruimten hebben vaak een ambigue karakter: ze bemiddelen tussen werelden en maken verandering voelbaar. Ze kunnen zowel fysiek als mentaal worden opgevat als zones van overgang, reflectie of heroriëntatie.